In Amerika zijn er economen die vrezen dat een eclatante Democratische
overwinning zal leiden tot minder ‘free trade’ en meer ‘fair trade’.
Maar hoe ‘eerlijk’ zulke handel is, hangt af van hoe je het bekijkt.
Veertien jaar lang, van 1992 tot 2006, deelden de Republikeinen de lakens uit
in zowel het Huis van Afgevaardigden als de Senaat. Het gevolg was dat
onderhandelaars over handelsverdragen keihard te werk gingen; als ze maar
een extra cent handel uit de onderhandelingen sleepten, was het goed.
Daarbij maakte het de Republikeinen niet zoveel uit met wie er handel
gedreven werd. Concurrenten als de Westerse Europese landen en Japan moesten
het daarbij vaak ontgelden.
Democraten zullen meer regeltjes en voorwaarden verbinden aan nieuwe
handelsverdragen, zo verwachten analisten en commentatoren in de VS.
Een voorbeeld daarvan kwam vorig jaar aan het licht. De Democraten
eisten aanpassingen aan een handelsverdrag met Zuid-Korea.
Zuid-Korea heft importheffingen op Amerikaanse auto's, en ook een hogere btw.
Dit maakt die auto's minder aantrekkelijk voor Zuid-Koreanen. In het door de
regering-Bush opgestelde verdrag, zou die heffing worden afgeschaft en de
btw gehalveerd.
Maar dat vonden een Amerikaanse vakbond van autofabriekpersoneel en de
automakers Ford en Chrysler niet genoeg.
Zij wilden dat toekomstige beslissingen over import- en exportheffingen
afhankelijk zouden worden van de aantallen Amerikaanse auto's die in
Zuid-Korea worden verkocht.
Een belachelijke eis, en één waar geen enkel verstandig land mee zou
instemmen. Dat was misschien ook de bedoeling, want als het verdrag niet
door zou gaan, zouden de Amerikaanse importheffingen op Koreaanse auto's
immers ook blijven bestaan.
En Ford- en Chrysler-concurrent General Motors is eigenaar van de Koreaanse
autobouwer Daewoo.
Wordt de handel 'eerlijker' als Democraten meer luisteren naar
vakbonden, en protectionisme van de Amerikaanse autofabrikanten, die toch al
in zwaar weer zitten?
Barack Obama zelf heeft tijdens de campagne, en vooral tijdens de interne
Democratische strijd met Hillary Clinton, het hardst geroepen dat hij en een
Democratisch Congres de bestaande handelsverdragen opnieuw onder de loep
zouden nemen.
Daarbij zou dan worden gekeken naar de "eerlijkheid" van die
verdragen voor Amerikaanse industrieën.
Als dat leidt tot nieuwe importheffingen, zoals onder de Republikeinen
incidenteel ook wel gebeurde, dan staat Europa en de wereld nog wat te
wachten.
De angst voor breed gedragen protectionistisch gedrag is méér dan door
Republikeinen ingestoken, loze retoriek tijdens een verhitte
verkiezingscampagne.
De laatste Democratische president die kon werken met een Democratische
meerderheid in het Congres was Bill Clinton. Maar hij had, pro-vrije handel
als hij was, juist het meest te stellen met zijn partijgenoten in de twee
jaar (1992-'94) dat de Democraten de meerderheid hadden.
Ter illustratie: het Noord-Amerikaanse Vrijhandels Akkoord (NAFTA), dat
Clinton al pushte tijdens zijn verkiezingscampagne, kreeg uiteindelijk meer
Republikeinse dan Democratische stemmen in het Congres.
Joe Lieberman, inmiddels een partijloze senator voor de staat
Connecticut maar in 1999 nog de Democratische kandidaat voor het
vice-presidentschap, noemde de Democratische partij begin dit jaar "protectionistisch
en isolationistisch".
"Ik heb de (Democratische) partij niet verlaten, de partij verliet míj
door zo links te worden als ze nu is", zei Lieberman.
Ook hij vreest dat, eenmaal aan de macht, Democraten protectionistische
instrumenten zullen gebruiken om hun verkiezingsbeloften waar te maken.
Zeker nu de Amerikaanse economie in een recessie glijdt, doen
Democratische kandidaten boude beloften.
Sommigen vinden dat een enorme, hoge muur gebouwd moet worden op de grens
tussen Mexico en de VS, om te voorkomen dat Latijns-Amerikaanse illegale
immigranten binnenglippen om 'banen af te pakken'.
Anderen roepen dat er importheffingen moeten komen op buitenlandse producten,
om zo de Amerikaanse maak-industrie te promoten.
Dat heeft president Bush al eens gedaan, om staalproducenten in de electoraal
belangrijke staat Pennsylvania te beschermen. Het hielp niet, en Bush moest
de heffingen terugdraaien van de Wereld Handelsorganisatie.
Buitenlandse regeringen die Amerikaans protectionisme vrezen, kunnen
misschien hoop putten uit de diversiteit binnen de Democratische partij
zelf.
Ja, veel Republikeinen zullen dit jaar van het pluche gewipt worden. Maar veel
van hun Democratische plaatsvervangers zullen gekozen worden in vrij rechtse
staten, waar de meerderheid doorgaans op Republikeinen stemt.
Nieuwgekozen, conservatieve Democraten uit die staten zijn op veel
punten lichtjaren verwijderd van de politieke ideeën van hun partijgenoten
uit de noordoostelijke, progressieve staten.
De kans is groot dat veel Democraten de komende jaren meer mee zullen stemmen
met hun Republikeinse collega's, dan met de 'linkse' volksvertegenwoordigers
uit de kuststaten.
Daar zal Barack Obama op alle fronten rekening mee moeten houden - als hij
gekozen wordt, natuurlijk.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl